Copyright 2006 Het
Financieele Dagblad
Het Financieele Dagblad
February 17, 2006
LENGTH: 923 words
HEADLINE: Meeste Nederlandse witwas komt uit VS
BODY:
Pionierstudie is eerste poging om omvang van Nederlandse witwassector te
karteren
VASCO VAN DER BOON
DEN HAAG - Over de omvang van illegale activiteiten valt per definitie moeilijk
iets concreets te melden. Het witwassen van crimineel geld vormt daar geen
uitzondering op. De onduidelijkheid rond witwassen is misschien zelfs nog wat
groter dan de schimmigheid waarin veel andere illegale activiteiten
plaatsvinden, signaleert een vandaag verschijnend rapport dat in opdracht van
het ministerie van Financien is opgesteld. Want de Nederlandse
opsporingsdiensten, maar bijvoorbeeld ook de media hebben duidelijk minder
aandacht voor witwassen dan voor andere criminele activiteiten.
Witwassen gebeurt al in het geniep, maar wordt ook met enig schouderophalen
bejegend, constateert het rapport 'The amounts and the effects of money
laundering' van professor Brigitte Unger van de Utrecht School of Economics.
Een moord of drugshandel kan volgens het rapport op veel meer aandacht van
politie en media rekenen.
Dat gebrek aan aandacht is onterecht en zelfs riskant, aldus Unger. Witwassen
lijkt misschien wel onschuldig en heeft op korte termijn zelfs een positief
effect van 0,1% extra economische groei per witgewassen miljard euro. Maar op
wat langere termijn overweegt de 10% tot 20% extra criminaliteit die het
witwassen aantrekt. Een miljard witgewassen euro's gaat dan gepaard met euro
1,1 mrd tot euro 1,2 mrd aan criminaliteit, raamt het rapport van Unger c.s.
Buitenlandse witwassers leren door het witwassen de weg in Nederland. Vroeg of
laat leidt dat tot het overhevelen van criminele operaties vanuit het
buitenland naar Nederland, waarschuwt het onderzoek. Bovendien maakt witwassen
criminaliteit lonend en tast witwassen het vertrouwen aan in politieke en
financiele instellingen.
Volgens het onderzoek genereert de criminaliteit in Nederland jaarlijks ten
minste zo'n euro 8,6 mrd aan criminele opbrengsten. Daarvan vloeit zo'n euro
4,8 mrd naar het buitenland. Het restant van euro 3,8 mrd blijft binnen
Nederland om witgewassen te worden.
De belangrijkste bron van Nederlands crimineel geld is niet zoals vaak wordt
gedacht de drugshandel. Het overgrote deel, ruim 70%, van de Nederlandse
criminele opbrengsten is afkomstig uit fraude. Onder dit brede begrip verstaat
het rapport een veelheid aan fraude, varierend van professionele
financieel-economische fraude of bijvoorbeeld bouwfraude tot uitkeringsfraude
en zwart werk. Op de tweede plaats komt geld dat afkomstig is uit
drugscriminaliteit. Dit is goed voor 20% van de binnenlands gegenereerde
witwasstroom. Op de derde plaats met 10% van het Nederlandse witwasgeld volgt
de overige criminaliteit.
Een prominente bevinding van het onderzoek is dat de buitenlandse witwasstromen
naar Nederland omvangrijker zijn dan de witwasstromen die Nederland zelf
veroorzaakt. Naar schatting euro 14,7 mrd van de in totaal euro 18,5 mrd die
jaarlijks in Nederland wordt witgewassen, is afkomstig van buitenlandse
criminaliteit. De bulk van euro 11 mrd hiervan komt uit de VS.
Volgens de onderzoekers is in Nederland relatief veel bekend over witwassen in
kleine volumes. Het Meldpunt Ongebruikelijke Transacties (MOT) is sterk
georienteerd op het inventariseren van riskante contante betalingen. Dit vloeit
voort uit het feit dat het MOT van oorsprong bedoeld is om de geldstromen rond
de drugshandel tegen te gaan. Maar daardoor ziet het MOT slechts een klein deel
van de werkelijke witwasstromen, aldus het onderzoek. Het Internationaal
Monetair Fonds heeft Nederland vorig jaar al eens gewaarschuwd voor een eenzijdige
concentratie op de bestrijding van het witwassen van contant crimineel geld.
Anders dan vaak gedacht vormen casino's volgens Unger nauwelijks een rol als
wasserette.
Er is relatief weinig of vrijwel niets bekend over het witwassen in grote
volumes. Dit gebeurt door het misbruiken van internationale handelsstromen,
bijvoorbeeld met behulp van onder- of overfacturering van internationale
transacties. Ook voor het grootschalig witwassen via investeringen in onroerend
goed en het witwassen via 'special purpose vehicles',
financieringsmaatschappijen en trustkantoren is tot nu toe weinig aandacht,
constateren de onderzoekers. De witwasrisico's zijn hier echter groter dan bij
cashtransacties.
De weinig transparante vastgoedsector is omvangrijker dan de veel strakker
gereguleerde obligatiemarkt, noteert het rapport. De grensoverschrijdende
handelsstromen via special purpose vehicles in Nederland zijn niet opgenomen in
de Nederlandse handelsstatistieken, maar hebben wel een omvang van jaarlijks
euro 4000 mrd, oftewel achtmaal de omvang van de Nederlandse economie. Als
daarvan maar slechts een half procent crimineel gelieerd is, zou er in die
bijzondere financiele instellingen al het hele Nederlandse witwascircuit
schuilgaan, waarschuwt het rapport.
Unger adviseert om met voorrang vervolgonderzoek te doen naar de witwasrisico's
in de grensoverschrijdende handelsstromen via Nederland. Minder verrassend
gezien de actualiteit is dat ook nadere studie wordt bepleit naar het witwassen
via vastgoed.
Haagse bronnen zien in de studie een bevestiging van de juistheid van eerder
ingezet regeringsbeleid om de trustkantoren onder toezicht te brengen en meer
middelen te leiden naar financieel rechercheren. De verwachting is dat het
kabinet met deze internationaal unieke studie in de hand bij internationale
organisaties als IMF, Oeso en Wereldbank zal pleiten voor meer internationale
witwasstudies.